Waarvan ben je gered?

Welkom bij 40 dagen hier&nu, een podcast van Verre Naasten, Lume, LPB Media en Kerkpunt.

Vandaag, 23 maart en dag 34 van de Veertigdagentijd, lezen we over het oordeel. Gered door het kruis: kun je nog uitleggen wat dat betekent? Of weet je niet meer zo goed te vertellen waarvan je gered bent door Jezus? Maakt dat eigenlijk nog wel uit? De bijbeltekst voor vandaag is Hebreeën 10:26-31. We lezen dat gedeelte niet meteen. Gienke werkt er naartoe.

Vandaag lezen we uit de brief aan de Hebreeën. Na de woorden van Jeremia, nu een nieuwtestamentische brief over hoop en volharding. Een brief die bedoeld is om te bemoedigen. Een brief die afsluit met de woorden:

Ik vraag u dringend, broeders en zusters, ontvankelijk te zijn voor deze woorden van bemoediging. (Hebr. 13:22)

Een hoopvolle brief dus.

Dat lézen we ook in deze brief: ‘Beste Hebreeën, Je hebt het goede nieuws ontdekt. Aan je zonden en wetteloosheid zal Ik niet meer denken, spreekt de Heer. Dat alles is vergeven, voor eens en altijd.’

De toon is gezet. De kern van deze brief is – zegt de schrijver in hoofdstuk 7 en 8 – :

dat we een hogepriester hebben in de hemel. Eén die voor eens en altijd een offer bracht om allen die God door Hem naderen, volkomen te redden, omdat Hij voor hen pleit.

Voor eens en altijd, volkomen, voor allen die Hem naderen. Wat een genade! De hemel is open. Geen veroordeling meer. Geen offers meer voor de zonde. Goed nieuws!

Maar dan stuiten we op de spannende tekst van vandaag in hoofdstuk 10:

Wanneer we willens en wetens blijven zondigen nadat we de waarheid hebben leren kennen, is er geen enkel offer meer mogelijk, en kunnen we niet anders dan huiverend wachten op het oordeel en op het vuur dat de tegenstanders gretig zal verslinden. De Heer zal oordelen over zijn volk. Huiveringwekkend is het te vallen in de handen van de levende God!

Een schokkende tekst over het oordeel van God. Blijkbaar is ook dit een realiteit, een huiveringwekkende realiteit. God die het kwaad niet kan verdragen. De verzoening door Jezus is er niet alleen om je eeuwig leven te geven, maar ook om definitief af te rekenen met het kwaad. Ook het kwaad in je eigen leven. Er is geen ruimte meer voor zonde. Gods oproep klinkt hier luid en duidelijk: laat je verzoenen, want wat niet verzoend is zal verteerd worden.

Jezus heeft je gered, ja. Maar het is een redding die niet buiten jezelf om gaat. De redding is gericht op het terugwinnen van de liefdesrelatie tussen jou en God. Op een open toegang naar de Vader. Zet deze relatie niet op het spel door willens en wetens te blijven zondigen, zegt de schrijver. Dat verdraagt de liefde van God niet. Deze gepassioneerde God laat zien wat die liefde kost. Wat het Hem gekost heeft op Goede vrijdag. Toen Jezus, verlaten en alleen, viel uit de handen van de levende God. En al het kwaad van de wereld verteerd werd in het oordeel van God.

Er is nog iets dat impliciet in deze heftige tekst zit. Iets dat misschien ook troostvol is als je het wil zien. En dat is dat er ook écht geen enkele ruimte meer is voor het kwaad. In Gods nieuwe wereld zal er geen lijden meer zijn, geen verdrukking, geen uitbuiting of verwaarlozing. Geen zonde, geen verraad. Niet door jou en niet door anderen. Het zal een veilige wereld zijn en er zal vrede heersen.

De tekst van vandaag lijkt een diapositief beeld, het negatief van de afdruk. Het omgekeerde van verzoend zijn. Het tegenbeeld van door God geliefd zijn. De achterkant van het licht. De realiteit waar je uit gered bent. Dankzij het kruis van Jezus.
Want de realiteit van Jezus’ komst op aarde was dat het Licht kwam in het duister. Er is nog altijd veel duister in de wereld. Misschien ook in je eigen leven. Zelfs nadat je gered bent door Jezus. Leg je daar niet bij neer. Breng het in Gods Licht zodat het duister er geen vat op heeft.

Aan jou vandaag de vraag of je in dat Licht wil staan.  

Want dat leven in het Licht brengt hoop. Daar lees je meer over in het vervolg op de tekst van vandaag:

‘Ik weet het nog goed, zegt de schrijver, hoe je in een moeizame worsteling met het lijden, hebt standgehouden. Je kreeg te maken met smaad en verdrukking, maar door het licht beschenen, bleek je in staat om vol te houden, en sterker nog, ook nog solidair te zijn met anderen. Je werd beroofd, maar hebt dat in vreugde aanvaard. Geef die onbeschroomdheid, die moed niet op. Blijf volharden, want je zult er rijkelijk voor worden beloond.’

In het lied Amazing Grace vind je de Hebreeënbrief terug: het bezingt wat genade is en doet: Genade, zo oneindig groot. Maar ook: genade die mij heeft geleerd te vrezen voor het kwaad.