Welkom bij 40 dagen hier&nu, een podcast van Verre Naasten, Lume, LPB Media en Kerkpunt.
Vandaag is het donderdag 29 februari, dag 14 van de Veertigdagentijd. Hagar schrikt van de harde woorden van Jeremia maar leert er wel drie belangrijke lessen uit. Je leest die harde woorden in Jeremia 18:19-23:
HEER, luister naar mij, hoor de plannen van mijn tegenstanders.
20Mag goed met kwaad worden vergolden? Een kuil hebben ze voor mij gegraven –
en dat terwijl ik voor U stond om voor hen te pleiten, om uw toorn van hen af te wenden.
21Geef daarom hun kinderen prijs aan de honger, lever ze uit aan het zwaard.
Beroof hun vrouwen van hun man en kinderen, laat hun mannen sterven door de pest, hun jongens vallen in de oorlog. 
Heb je iemand in gedachten of in het echt wel eens iets lelijks toegewenst? Een nare ziekte of heel veel ongeluk? Ik moest daaraan denken toen ik de tekst van vandaag uit Jeremia 18, vers 18 tot en met 23 las. Eerlijk gezegd schrok ik van de harde woorden van Jeremia. Een toetsenbord-terrorist op social media is er niks bij… Wat een hater, zouden we in deze tijd zeggen. Moet je nou lezen wat Jeremia schrijft, neem vers 21: “Geef daarom hun kinderen prijs aan de honger, lever ze uit aan het zwaard. Beroof hun vrouwen van hun man en kinderen, laat hun mannen sterven door de pest, hun jongens vallen in de oorlog.” Nou, nou Jeremia, kan dat niet wat minder?!
Jeremia roept deze woorden uit naar God, nadat hij merkt dat zijn tegenstanders hem in opspraak willen brengen en onrecht willen aandoen. In dit Bijbelgedeelte legt Jeremia zijn zaak aan God voor en vraagt God om in te grijpen. Als je oppervlakkig leest, dan lijkt het alsof Jeremia vooral boos is vanwege het onrecht dat hém wordt aangedaan. Maar als je iets dieper in de tekst duikt, dan ontdek je dat Jeremia vooral boos is om het onrecht dat God wordt aangedaan! Hoe kan het volk God dit aandoen?! Hem zo de rug toekeren na alles wat God voor het volk deed? Zo bewust kiezen voor de weg van het kwaad?! Jeremia maakt zich boos over mensen die God belachelijk maken, kleineren of zelfs negeren. Over mensen die bewust leven zonder God. Dat moet stoppen! En daarom bidt Jeremia wat hij bidt; hij roept uit tot het doden van deze kinderen, vrouwen en mannen. Want anders kan het kwaad voor eeuwig standhouden. En dat zou pas een doemscenario zijn!
Oef… De harde woorden van Jeremia zetten mij aan het denken. Wanneer werd ik, werd jij, voor het laatst zó boos over het kwaad in de wereld, over het onrecht dat Gód wordt aangedaan?! Dat is de eerste les die ik vandaag van Jeremia leer. Misschien zijn de harde woorden van Jeremia niet jouw en mijn stijl, maar ze mogen je wel aanscherpen en hierover aan het denken zetten. Daarnaast leer ik nog iets van Jeremia; Jeremia kiest ervoor om zijn beklag bij God te doen. Om het even naar deze tijd te trekken, hij klimt niet in de pen of het toetsenbord om de ander de huid vol te schelden en allerlei lelijks toe te wensen, maar doet zijn beklag bij God. Wat een waardevolle les, het navolgen waard! En als laatste leert Jeremia mij vandaag om, ondanks alle boosheid, niet zelf het zwaard te pakken, maar het uiteindelijke oordeel in Gods handen te leggen. Hoe moeilijk dat soms ook is, het is de enige juiste weg.
Godzijdank komt het doemscenario van Jeremia niet uit: dankzij Jezus’ overwinning aan het kruis weten we inmiddels dat het kwaad niet eeuwig standhoudt! Laten we ons daar keer op keer aan vasthouden, ook als het kwaad zo voelbaar is in ons leven en we ervaren dat ons onrecht wordt aangedaan. God zal recht doen.
